Levend rekenen
KLIMOP kiest voor een rekenmethode die aansluit bij het levend rekenen: de Ijsbergmethode. De isbergmethodiek zet in op het grondig begrijpen van wiskundige concepten zodat de kinderen daarna de juiste procedures of oplossingsmethoden kunnen kiezen en goed weten waarom ze die oplossingswijze kiezen.
We leren ze geen truukjes aan, maar we leren hen redeneren op basis van grondig inzicht.
Vanuit de wetenschap en uit eigen ervaringen komen steeds meer signalen die aangeven dat het belangrijk is om bij het rekenen te vertrekken vanuit de realiteit van kinderen. Dat betekent dat meerdere oplossingsmethoden door kinderen worden aangegeven. Er moet ruimte zijn voor kinderen om op hun eigen manier, aangepast aan hun ontwikkeling rekenvaardigheden te verwerven.
Daarbij staat het zelf ontdekken centraal in wisselwerking met de groep en de leerkracht. Al doende en pratend raken de kinderen steeds beter thuis in de wiskundige wereld en voegen ze meer toe aan de al aanwezige kennis. Kinderen ervaren zo dat rekenen meer is dan optellen/aftrekken en dat het zinvol is technieken of vaardigheden van rekenen/wiskunde te kennen om meer greep te krijgen op de wereld om hen heen.
Rekenverhalen gaan hierin nog een stukje verder. De realistische rekenverhalen uit de methode zijn vaak een “gestolde realiteit” en geven de leerkracht een beperkte ruimte. KLIMOP probeert dan ook om naast de methode, die een haalbaar compromis is, zoveel mogelijk levend rekenen binnen de klas te halen. De rekenverhalen gaan uit van de alledaagse werkelijkheid van het kind. De echtheid van de vragen en de emotionele betrokkenheid worden heel belangrijk gevonden.
In KLIMOP wordt er op alle niveau’s een gezond didactisch rekenevenwicht nagestreefd tussen een structureel, inzichtelijk werken en een realistisch werken.